Aanpassing wetsvoorstel Witteveen 2015

Tot 1 juni 2013 hadden de sociale partners de tijd om met alternatieven te komen voor de inperking van het Witteveenkader (wetsvoorstel Witteveen 2015), zoals door de regering is voorgesteld (zie ook een eerder artikel hierover). De regering had hiertoe een budgettaire ruimte beschikbaar gesteld van € 250 miljoen. Werkgevers en werknemers verenigd in de Stichting van de Arbeid hebben op 7 juni j.l. een rapportage naar de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gezonden waarin twee varianten worden besproken die een ruimere pensioenopbouw mogelijk maken dan voorgesteld in het voorliggende wetsvoorstel.

Nog op de avond van 7 juni resulteerde dit in een brief van de staatssecretarissen van zowel Financiën als SZW aan de Tweede Kamer, waarin wordt aangegeven dat men één van de varianten zal overnemen. Op 17 juni 2013 komt men met een Nota van Wijziging op het wetsvoorstel. Inhoudelijk betekent dit het volgende:

•   Het Witteveenkader wordt beperkt tot 1,75% (middelloon) en het pensioengevend loon tot 
€ 100.000,-
•   Er komt een netto spaarfaciliteit (vrijgesteld in Box III) waarmee kan worden gespaard tot een aanvulling, vergelijkbaar met een bruto-opbouw van 0,1% (waarmee in totaal derhalve een pensioenopbouw mogelijk is van 1,85%).
•   Middels een tweede netto spaarfaciliteit kan pensioenopbouw plaatsvinden over het loon boven de € 100.000,- (eveneens tot een niveau, vergelijkbaar met een bruto-opbouw van 1,85%)

De Sociale Partners geven overigens aan het wenselijk te vinden dat pensioenopbouw zou kunnen blijven plaatsvinden tot een niveau van 2% opbouw (middelloon), maar constateren tegelijkertijd dat dit het budgettaire beslag ad € 250 miljoen te boven gaat. De regering heeft deze wens dan ook niet overgenomen.

Beide staatssecretarissen geven aan dat deze aanvulling weliswaar uitvoerbaar is, maar wel leidt tot complexere uitvoering, extra administratieve lasten en meer aandacht voor communicatie met de deelnemer. Pensioenadviseurs meenden nu juist dat de uitvoering niet nóg complexer kon worden ...

Het rapport van de Stichting van de Arbeid als de Kamerbrief zijn te vinden op de website van de Rijksoverheid.

Bron: Nederlands Pensioenbureau, Rijksoverheid.nl